Nieuwe richtlijnen tuinhistorisch onderzoek komen er aan

16 December 2025

Nieuwe richtlijnen tuinhistorisch onderzoek komen er aan

Voor tuinhistorisch onderzoek komen volgend jaar geactualiseerde richtlijnen. De afgelopen tien jaar is dit onderzoek uitgegroeid tot een volwassen tak in de erfgoedwereld en de vernieuwde richtlijnen sluiten daar op aan. We spreken penvoerders Merel Haverman en Kees van Dam.

De huidige richtlijnen Tuinhistorisch onderzoek (URL 6001) zijn inmiddels vijftien jaar oud en toe aan een update. Landschapsarchitect Kees van Dam van SB4: “Ik kan me nog heugen dat ik heb meegelezen bij het opstellen van de oude richtlijnen. In de werkpraktijk is in de afgelopen jaren duidelijk geworden dat ze toe zijn aan een vernieuwing.” Historicus Merel Haverman van Stichting in Arcadië vult aan: “De huidige richtlijnen komen uit een tijd waarin tuinhistorisch onderzoek aan het opkomen was. Door het werken in de praktijk weten we nu beter wat we nodig hebben. Het werkveld is ook geprofessionaliseerd. “

Merel: “Toen was het nog veel meer zoeken naar wat tuinhistorisch onderzoek precies moest inhouden. De handvatten zijn in de nieuwe richtlijnen duidelijker. Neem nu het niveau van onderzoek: in de nieuwe richtlijnen is nu ook opgenomen dat er verschillende vormen van onderzoek bestaan, zoals ook een verkenning: waarbij met enkele dagen bureau- en veldwerk een overzicht wordt gemaakt van de tuin.”

“Een lange discussie is er geweest over het wel of niet toevoegen van een extra waardecategorie. Uit de bouwhistorie kwamen bekende termen zoals hoge, positieve of indifferente waarde. Er is nu een speciale buitencategorie voor ‘uniek’ en ‘verstorend’ opgenomen. Een waarde straks specifiek voor historische tuinonderzoekers, die mogelijk ook voor andere vakgebieden bruikbaar zal blijken. Het is wel echt een buitencategorie, die alleen bij uitzondering toegepast dient te worden om te voorkomen dat het een vaste waardering wordt”, zo vertelt Merel.

Kees vult aan: “Waardestellingen zijn ook wel vereenvoudigd in de nieuwe richtlijnen. De sterke punten uit de oude richtlijnen zijn behouden en waar nodig is meer duidelijkheid gebracht. Bijvoorbeeld de term indifferent is vervangen voor ‘neutraal’. En wat betreft het gebruik van meerdere kaarten voor waardering van gebieden en objecten: niet alles hoeft op één kaart, dat werd wel eens gedacht. Het gaat er uiteindelijk om om de conclusie uit het onderzoek helder over te brengen.”

Tuinhistorisch onderzoek is flink gegroeid de afgelopen jaren, de richtlijnen sluiten daar beter op aan - foto: Kees van Dam

Merel Haverman en Kees van Dam begonnen met ERM twee jaar geleden aan de actualisatie. Zij kregen daarbij input van een grote begeleidingscommissie van organisaties en belanghebbenden, zoals grote gemeenten, opdrachtgevers, eigenaren en grote organisaties zoals Natuurmonumenten, het Rijksvastgoedbedrijf en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. “We hebben veel nuttige discussies met al die vertegenwoordigers gehad. Daar kijk ik met plezier op terug. Het kostte alleen wel tijd van schrijven en schaven, vandaar dat de conceptrichtlijn er na twee jaar ligt”, aldus Merel.

De twee zijn trots en tevreden met de nieuwe geactualiseerde richtlijn. Onlangs is de laatste conceptversie langs het Centraal College van Deskundigen Restauratiekwaliteit (CCvD) geweest. Daarmee is de richtlijn klaar voor de inzagelegging, die nu gepland staat voor 15 januari 2026. “Het fijne is dat Merel en ik allebei ook van een verschillend bureau uit het werkveld komen. Ik hoop dat we na de zomer kunnen gaan werken met de nieuwe richtlijn, al probeer ik de verbeterde punten nu ook al toe te passen in mijn werk”, zo besluit Kees.

De nieuwe conceptrichtlijnen liggen volgens planning vanaf 15 januari 2026 ter inzage en kunnen dan bekeken worden op de website.